Maandelijks nieuws van de rechter!


Juni 2018 werd ik gebeld door een man die sinds 2013 een WIA-uitkering ontvangt naar 60,33% arbeidsongeschiktheid vanwege ernstige psychische klachten. Hij heeft hulp nodig omdat hij het niet eens is met een besluit van het UWV. Door een conflict met zijn zakenpartner moest hij als directeur afscheid nemen van zijn werk (ERD).
Casus
In 2015 overlijdt zijn vrouw en nemen de klachten toe. Het UWV herbeoordeeld belanghebbende en komt tot 80-100% arbeidsongeschiktheid. De LGU wordt een LAU1. Eind 2016 beoordeelt het UWV belanghebbende opnieuw met als uitkomst een arbeidsongeschiktheidspercentage van 86,33%. In 2017 verzoekt de ex-werkgever (ERD) om een herbeoordeling bij het UWV. Het UWV komt tot een percentage van 74,65% arbeidsongeschiktheid door een aanpassing van de urenbeperking (van 4 uur naar 7 uur per dag). De LAU1 wordt een VVU met een inkomstenterugval van 70%. Bezwaar en beroep treffen geen doel. Uiteindelijk wordt in 2020 hoger beroep ingesteld. Belanghebbende is dan al ruim 9 jaar ziek en meerdere intensieve behandelingen hebben niet geleid tot herstel, hij wordt er moedeloos en soms suïcidaal van. Ook meerdere medische expertises spreken elkaar tegen.
De Centrale Raad zet een externe deskundige in om de zaak te beslechten. De deskundige betwist de aanpassing van de urenbeperking. Ook het bezwaar van een verzekeringsarts stelt dat het niet aan de deskundige is om te beoordelen of een urenbeperking van toepassing is. De Centrale Raad schaart zich in haar uitspraak in 2022 achter de ingezette deskundige, er is sprake van zorgvuldig onderzoek, gebaseerd op zijn vakgebied, diagnoses zijn inzichtelijk en overtuigend gemotiveerd en vanwege de kwetsbare psychische belastbaarheid kan belanghebbende niet in staat geacht worden om 7 uur per week/35 uur per week te werken. Het hoger beroep is gegrond en het UWV moet de urenbeperking vanaf 2018 aanpassen en het eerdere besluit herzien. De VVU wordt een LAU1 en een nabetaling van ruim een ton volgt.
Uitspraak en afhandeling
Er wordt geen uitspraak gedaan over de duurzaamheid, nu het arbeidsongeschiktheidspercentage boven de 80% ligt, is het UWV dat wel verplicht (i.v.m. recht op IVA). Na een jaar lang elke maand bellen kent het UWV belanghebbende uiteindelijk een IVA-uitkering toe. Een nieuw besluit volgt en belanghebbende krijgt van het UWV een telefoontje dat hij € 160.000 gaat ontvangen. Iets later wordt aangegeven dat dit een foutje is. Of de belanghebbende het bedrag wil terugstorten. Belanghebbende is zeer verbaasd over de gang van zaken, maar is gelukkig goed gezind en betaalt direct het bedrag terug. Het UWV stuurt hem een kaart met een bedankje voor de medewerking en de soepele afhandeling. Een week later volgt er een cadeaubon voor het meewerken, het UWV zat erg met de zaak in haar maag en is erg blij dat het “zo snel” en gemakkelijk is afgehandeld.
Na 6 jaar juridisch procederen tegen het UWV sluiten we het hoofdstuk af met een diner, zodat belanghebbende zich daarna kan richten op de toekomst. Het was er eentje van de lange adem.
Groet, Michiel Slot
Jurist arbeidsongeschiktheid en re-integratie